Inleiding
Ik heb dit onderwerp gekozen omdat het me leuk leek om over vissen te praten. En het zijn ook hele schattige en lieve diertjes. En daarvoor heb ik dit onderwerp gekozen. Ik hoop dat jullie van mijn spreekbeurt genieten.
Het aquarium
Aquaria worden tegenwoordig gemaakt van twee verschillende materialen; kunststof en glas. Omdat een aquarium van kunstsof als nadeel heeft dat het minder duurzaam is en korter mooi blijft, kiezen de meeste mensen voor een aquarium van glas.
De ideale grootte van een aquarium. De grootte en het temperament van de vissen die erin gehouden worden zijn daar twee van, maar natuurlijk hoort het aquarium ook te passen in de ruimte waar het komt te staan. Bij een groot aquarium is niet alleen de bak duurder, maar zal ook de apparatuur een flinke capaciteit moeten hebben.
Leven in oceanen
Sinds de eerste dieren er ontstonden, minstens een miljard jaren geleden, is de strijd om het bestaan in de zeeën alleen maar heftiger geworden. De huidige oceanen herbergen zowel ’ s werelds grootste als enorme aantallen onzichtbare. De plaatselijke omstandigheden zijn van grote invloed op het oceaanleven, en net als op het land speelt de beschikbaarheid van voedsel de hoofdrol. Veel dieren zijn voor hun bestaan afhankelijkheid van afweermiddelen tegen aanvallen. Vaak is het leven er dun gezaaid, maar soms vinden we dieren hier in grotere aantallen dan waar ook ter wereld.
Voedsel
De oceanen bevatten een overvloed aan de voedzame producten, maar ze zijn ook zo groot dat zeedieren vaak moeite hebben genoeg te eten vinden zonder daar veel energie in te steken. Sommige gaan op grote prooien af. Zo jaagt de potvis en reuzenpijlinktvis, op diepte van meer dan kilometers. De meeste achtervolgingsjagers zoeken overigens hun voedsel liever dicht bij het oppervlakte. Andere grote zeedieren eten fijner kost, die ze dan wel met scheppen tegelijk ophappen. Vaak gebruiken ze daarbij hun kieuwen als zeef, zoals reuzenhaaien en vleermuizenroggen doen; baleinwalvissen hebben er speciale aanhangsels voor in de bek. Deze dieren zijn meestal uit op het plankton , en uit hun reuzengroei blijkt al wel dat daarvan veel voorhanden is. Aan het oppervlakte drijven ook veel kleinere planteneters mee, zoals ribkwallen, die hun voedsel binnenhalen.
Onzichtbare dieren
In volle zee kun je je nergens verstoppen, en dieren staan er dus gemakkelijk bloot aan aanvallen. Sommige overleven het.
Andere gedragen zich zo dat ze moeilijk aan te vallen zijn. Traag bewegend zijn zoals die uit het plankton. Meestal zijn ze dan ook maar een paar millimeter groot, al vormen manteldieren soms doorschijnend, buisvormige kolonies van meer dan 3 m lengte. Sommige vissen zijn in hun jeugd ook , maar als ze ouder worden gebruiken ze andere camouflagemiddelen. Bijna alle soorten uit sterk verlicht, open water hebben een donkere rug en een veel lichtere buikpartij. Dit kleurpatroon, ook bekend als tegenschaduw.
Leven aan kusten en riffen
In volle zee vindt men naar verhouding veel minder dieren dan aan zeekust en op koraalriffen. Rotskusten en slikplaten zijn erg rijk aan zeevogels en ongewervelde, en op koraalriffen leeft misschien wel een derde deel van